Intro:
Aristoteles leefde van 384-322 v.C. Hij was een leerling van Plato en kort de leraar van Alexander de Grote de eerste wetenschapper. Hij werd bekent door Plato.
Het leven van Aristoteles:
Aristoteles werd geboren in Stageira, dichtbij Thessaloniki. Toen hij zeventien jaar was, ging hij naar Athene en ging hij aan Plato’s academie studeren. Hij bleef daar ongeveer twintig jaar, totdat Plato dood ging in 347 v. Chr. Hij ging naar het hof van zijn vriend Hermias van Atarneus, in Asia Minor. Aristoteles trouwde met Pythias, die het nichtje van Hermias was. Ze kregen een dochter en ook zij werd Pythias genoemd. Na Hermias’ haar dood in 343 v Chr. werd Aristoteles leraar van Alexander de Grote. Hij werd de baas van de Koninklijke academie van Macedonië. In 335 v Chr. ging Aristoteles terug naar Athene, en daar richtte hij het Lyceum op. Na de dood van zijn vrouw Pythias kreeg hij ook een zoon bij Herpyllis. In 323 v Chr. stierf Alexander de Grote en ging Aristoteles weg uit Athene. Aristoteles stierf minder dan een jaar later in Chalkis, hij werd uiteindelijk 61 jaar oud.
Homo universalis
Aristoteles was Homo Universalis. Hij probeerde de hele werkelijkheid in al zijn facetten te kennen. Er waren 3 vormen van kennis:
Theorie: Wiskunde, Natuurfilosofie (biologie en natuurkunde)
Praktisch: Ethiek, Sociale filosofie
Productief: Kunst, Techniek
Syllogisme
Syllogisme= een manier van argumenteren en die manier moet geldig zijn dus hij wist dat als hij argumenteert via het syllogisme dan weet hij dat alle uitspraken hetzelfde zijn.
Deductie:
Deductie= een van de grootste uitvindingen van Aristoteles.
Hylemorfisme:
Hyle= stof en morfe=vorm. Alles is opgebouwd uit materie en de vorm (de idee). De vorm staat niet los van de materie-is de potentie van materie.
Teleologie
Teleologie= Telos (doel) alles heeft een doel in zich en streeft dat na. Alles streeft naar vervullen van zijn doel. En alles heeft een plek in de wereld. De planten en dieren zijn er om de mens te dienen. De mens kan als enige echt denken het doel van de mens is te filosoferen.
Eerste oorzaak
Eigenlijk heeft alles een oorzaak. In die oorzaak zit een doel van het veroorzaakte besloten anders zou het doel opeens moeten komen en dat gaat niet. Als alles altijd door iets anders veroorzaakt is komen we in een oneindige regressie en is er uiteindelijk niets. Er is iets, dus er is ooit een oorzaak die zichzelf veroorzaakt heeft. In die onbewogen beweger zit ook het doel van alles wat iets veroorzaakt heeft.
Praktische filosofie
Om een goed leven te leiden moet je niet alleen aan het goede denken. Je moet ook leren om iets goed te doen. Bijvoorbeeld: als je veel denkt over hoe je het beste iets kunt gaan tekenen bespelen, dan kun je eigenlijk nog niks tekenen. Als iets goed is, ligt het aan de situatie, je moet midden zoeken.
Grote Denkers 